25 Juli 2016 | autheurs: J.F. Henseler, MD en M. van Dijk, PT

Scapula dys­kinesie

Scapula dys­kinesie wordt ge­definieerd als een ab­normale veranderingen van de positie en beweging van het schouder­blad.

Bij scapula dyskinesie is er een ver­storing in het scapula­humerale ritme, de manier waarop het schouder­blad over de romp heen beweegt bij schouder­bewegingen. Scapula dys­kinesie wordt bij een groot aantal schouder­aandoeningen vast­gesteld, waar­onder SAPS of schouder impingement, rotator cuff let­sels, frozen shoulder en instabiliteit van de schouder.

De schoudergordel

De schouder bestaat uit een aan­tal bot delen, waar­onder het opperarm­been en schouder­blad, welke via het sleutel­been verbonden is met de romp. Het schouder­blad speelt zodoende een centrale rol in de beweeg­keten van de schouder.

De schouder­kop van de boven­arm (humerus) beweegt in een platte kom van het schouder­blad (scapula) onder het schouder­dak (acromion) door. Deze platte schouder­kom (glenoid) wordt iets verdiept door ring­vormig kraak­been (labrum). Een gewrichts­kapsel omgeeft deze schouder­kop en kom. Hier­omheen liggen een viertal spieren die de schouder­kop continu in de kom trekken, waardoor deze spieren zorgen voor de nood­zakelijke stabiliteit in de schouder. Deze spieren worden gezamen­lijk de rotator cuff genoemd. Een tweede belang­rijke functie van de rotator cuff spieren is het draai­en van de schouder. De schouder­gordel is middels een groot aantal nek, rug en borst spier­en ver­bonden met de romp.

De grote mobiliteit van de schouder komt doordat de schouder­gordel in verschillende ge­wrichten beweegt, waaronder:

#1
GH-gewricht

Het GH-gewricht is het gewricht tussen glenoid en humerus. Dit gewricht heeft in drie dimensies (3-D) bewegings­vrijheid, waar­door de schouder niet alleen naar voren, opzij en naar achteren kan be­wegen maar ook kan draaien (rotatie).

#2
ST-glijvlak

Het ST-glij­vlak is het glij­vlak van de scapula over de ribben­kast (thorax). Nek, rug en borst spier­en verbinden de schouder­gordel met de romp en houden het schouder­blad op zijn plaats. Dit geeft het schouder­blad nood­zakelijke stabili­teit. 'Glijden' van het schouder­blad over de borst­kas in samen­werking met het GH-gewricht geeft de schouder onge­ëvenaarde mobiliteit.

Scapula dyskinesie

Het totale bewegings­bereik van de schouder wordt gevormd door de beweging­en in het GH-gewricht en het ST-glij­vlak. Het ST-glij­vlak bepaald de positie van het schouder­blad en daarmee de positie van het glenoid om verdere beweging­en in het GH-gewricht te kun­nen maken, ook wel het scapulo­humerale ritme genoemd.

Scapula dyskinesie wordt gedefi­nieerd als een ab­normale veranderingen van de positie en beweg­ing van het schouder­blad. Scapula dys­kinesie wordt gezien als een van de symp­tomen bij zeer veel schouder­aandoeningen [1-5]. Bij scapula dys­kinesie is er een verstooring in het scapulo­humerale ritme, de manier waarop het schouder­blad over de romp heen beweegt bij schouder­bewegingen.

Bij scapula dys­kinesie wordt het evenwicht tussen de vier rotator cuff spier­en verstoord waardoor de grote rug-, borst- en nek­spieren compensa­toir het schouder­blad moeten stabiliseren. Deze spieren kunnen het schouder­blad minder secuur laten bewe­gen, wat tot een ab­normale positie en bewe­ging van het schouder­blad leidt. Scapula dys­kinesie wordt bij 60-100% van de mensen met schouder­klachten gezien. Scapula dys­kinesie wordt bij een groot aantal schouder­aandoeningen vastgesteld, waaronder SAPS of schou­der impingement [1, 3], rotator cuff let­sels [5-7], frozen shoulder [4] en insta­biliteit van het GH-gewricht.

Funda­menteel en klinisch wetenschap­pelijk onder­zoek hebben verschillende beweeg­patronen van het schouder­blad aangetoond door de bewe­gingen in drie di­mensies (3-D) vast te leggen [7-9]. Dit heeft geleid tot de iden­tificatie van normale kinema­tica (i.e. geheel van bewe­gingen en bewegings­leer) tijdens het scapulo­humerale ritme en ab­normale kinema­tica in de verschillende schouder aandoe­ningen.

Vier dys­kinesie patronen van het schouder­blad kunnen hulpzaam zijn om in de kliniek te kunnen onder­scheiden, te weten [10]:

  • Angulus inferior patroon (tipping)
  • Margo medialis patroon (winging)
  • Angulus superior patroon (shrugging)
  • Symmetrisch patroon

Behandeling Scapula dyskinesie

Primaire scapula aandoe­ningen, zoals scapula alata en scapula snapping kunnen het beste worden behandeld gericht op het schouder­blad. Echter, meestal liggen andere schouder aandoe­ningen ten grondslag aan de scapula dys­kinesie, zoals SAPS of impingement, rotator cuff letsels, frozen shoulder, AC-artrose, en uni- of multi­directionele insta­biliteit. Deze aandoeningen waarbij scapula dys­kinesie voorkomt moeten worden geëvalueerd en dien­overeenkomstig worden behandeld [11].

Scapula aandoeningen

Klachten en aandoe­ningen van of aan het schouder­blad komen zeer weinig voor

Meestal wijzen klacht­en van het schouder­blad op een aandoening in de schouder, rug of elders in het lichaam. Echter, het schouderblad kent wel degelijk een aantal bijzondere, en vaak speci­fieke, aandoeningen:

Schouder van Sprengel

Bij een schouder van Sprengel is sprake van een hoog­staand schouder­blad bij kinderen, waarbij door een groei­storing in de vroege ontwik­keling van de foetus de schouder niet goed is af­gedaald vanaf de nek.

Scapula Alata

Scapula dys­kinesie kan leiden tot een vleugel-stand van één of beide schouder­bladen. Een scapula alata kan wijzen op verschil­lende onderlig­gende ziekte­beelden, waaronder het syndroom van Parsonage-Turner.

Snapping scapula

Snapping van het schouder­blad wordt beschreven bij een reeks van verschil­lende oorzaken die soms pijn­lijke klikken of knakken (i.e. snapping) van het schouder­blad geven.

Interscapu­laire pijn

Interscapu­laire pijn wordt ervaren als pijn tussen de schouder­bladen. De oorzaken kunnen secundair (meest voorkomend) of primair (zeldzaam) zijn.

Th4 syndroom

Het Th4 syndroom, ofwel thoracale syn­droom, is een zeldzame klinische diagnose die klachten van het schouder­blad kan geven. Het Th4 syndroom is geba­seerd op de vooronder­stelling dat dysfunctie van de gewrichten in de thoracale wervelkolom, inclusief de tussenwervelschijf, facet­gewrichten, costo­vertebrale en costo­transversale gewrichten, pijn en uitstaling kan geven richt­ing de schouder, arm en hand.

Referenties

Bij het opstellen van deze pagina hebben wij de volgende wetenschappelijke literatuur ieder geval gebruikt om onze tekst te onderbouwen.

  • [1] , , , , , . Motion of the shoulder complex during multiplanar humeral elevation. J Bone Joint Surg Am 2009 Feb;91(2):378-89
  • [2] , , , . In vivo assessment of scapulohumeral rhythm during unconstrained overhead reaching in asymptomatic subjects. J Shoulder Elbow Surg 2009 Nov;18(6):960-7
  • [3] , , , . Specific kinematics and associated muscle activation in individuals with scapular dyskinesis. J Shoulder Elbow Surg. 2015 Aug;24(8):1227-34
  • [4] , , , , , . Measurement of three dimensional shoulder movement patterns with an electromagnetic tracking device in patients with a frozen shoulder. Ann Rheum Dis. 2002 Feb;61(2):115-20
  • [5] , , , , , , , : Three-dimensional shoulder kinematics normalize after rotator cuff repair. J Shoulder Elbow Surg. [Epub ahead of print]
  • [6] , , , , . Shoulder kinematics in patients with full-thickness rotator cuff tears after a subacromial injection. J Shoulder Elbow Surg 2008 Jan;17(1):172-81
  • [7] , , , . Suprascapular nerve block disrupts the normal pattern of scapular kinematics. Clin Biomech (Bristol , Avon ) 2006 Jul;21(6):545-53
  • [8] , , , , . 3D shoulder position measurements using a six-degree-of-freedom electromagnetic tracking device. Clin Biomech (Bristol , Avon ) 1998 Jun;13(4-5):280-92
  • [9] , . Effect of different arm loads on the position of the scapula in abduction postures. Clin Biomech (Bristol , Avon ) 1999 Jun;14(5):309-14
  • [10] , , , , , . Qualitative clinical evaluation of scapular dysfunction: a reliability study. J Shoulder Elbow Surg. 2002 Nov-Dec;11(6):550-6
  • [11] , , . Scapular dyskinesis and its relation to shoulder injury. J Am Acad Orthop Surg. 2012 Jun;20(6):364-72

Deze webpagina geeft u meer informatie over de aandoening en de behandelmogelijkheden. Deze pagina is niet bedoeld ter vervanging, maar ter aanvulling op onze medische zorg. Deze webpagina is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. Desondanks kan geen enkel recht worden ontleend aan de inhoud hiervan. De maja clinic aanvaardt geen aansprakelijkheid voor onjuistheden. Wijzigingen en aanvullingen kunnen op elk moment en zonder voorafgaande aankondiging worden aangebracht.

Orthopedie en fysiotherapie: zorg voor beweging

Een fysiotherapeut en orthopeed of orthopedisch chirurg houdt zich binnen de geneeskunde bezig met de behandeling van patiënten die problemen hebben met hun bewegingsapparaat. Daaronder vallen alle beenderen, gewrichten en spieren met pezen. Een behandeling leidt in de regel tot pijnvermindering en verbetering van de functie van bijvoorbeeld schouder, knie, heup of rug. Het uiteindelijke doel van orthopedie en fysiotherapie is dat u meer bewegingsvrijheid krijgt.